Een analyse van hedendaags antisemitisme
door: Bart Wallet
Het is snel gegaan: antisemitisme is het afgelopen decennium teruggekeerd op voorpagina’s van kranten, veelbesproken in tal van Europese en Amerikaanse talkshows en de inzet van nieuwe wet- en regelgeving in veel landen. Antisemitische incidenten en aanslagen doen zich voor in binnen- en buitenland en ook in Nederland dringt zich de vraag op: wat is er aan de hand? Groeit het antisemitisme? Waar komt het vandaan? Welke oorzaken zijn aan te wijzen?
Internationale context
Over de recente uitingen van antisemitisme is inmiddels al een fiks debat ontstaan. Grofweg tekenen zich daarin twee uitersten af: enerzijds een groep die betoogt dat er nauwelijks sprake is van serieus antisemitisme in de Nederlandse samenleving. Het zou herleidt kunnen worden tot enkele betreurenswaardige incidenten, die te breed zijn uitgemeten en daardoor tot een vertekend beeld aanleiding hebben gegeven. Anderzijds bevinden zich mensen die een schrikbarende groei zien van antisemitisme en betogen dat joden in Nederland nauwelijks meer een toekomst hebben. Tussen ‘ontkenners’ en ‘alarmisten’ bevindt zich een breed spectrum van overtuigingen, waarbij ieder probeert om concrete uitingen van antisemitisme vanuit een bredere context nader te duiden.
Antisemitisme is nooit een verschijnsel geweest dat zich iets van nationale grenzen aantrok. Ook nu valt er niet zinnig over te praten zonder de bredere context bij te betrekken van antisemitische uitlatingen in de westerse wereld. Vanuit dat perspectief is te wijzen op drie belangrijke ontwikkelingen. Ten eerste is sprake van een direct verband met de ontwikkeling van de terreurgroep IS. Deze terreurgroep heeft het Westen als geheel de oorlog verklaard, waarbij het dominante frame er een is die gebaseerd is op de Kruistochten. In dit gedachtengoed nemen joden een eigen plaats in. Door het belang dat in het Westen gehecht wordt aan de herdenking van de Holocaust en het leren van lessen daaruit én door de opvatting dat de Staat Israël een vooruitgeschoven post van het Westen is in het Midden-Oosten, gaan joden fungeren als een pars pro toto voor het hele Westen. Wie joden aanvalt, heeft het niet louter op deze minderheid voorzien, maar treft het Westen in het hart. Bezien tegen deze achtergrond wekt het weinig verbazing dat IS de verantwoordelijkheid opeiste voor een serie aanslagen in Europa op expliciet joodse doelen: de joodse school in Toulouse, de kosjere supermarkt in Parijs, het joodse museum in Brussel en de synagoge in Kopenhagen. Hoewel IS een relatief kleine organisatie is, is zij door de ideologische gedrevenheid en door de gebruikmaking van terreuraanslag een belangrijke factor in het groeiende besef van onveiligheid onder Europese joden.
Van de flanken naar het centrum
Ten tweede, tot een decennium geleden werd bij antisemitisme vooral gesproken over extreme groepen in de flanken van de samenleving. Daarbij ging het om extreemrechts en de concrete erfenis van nazi’s en neonazi’s, resulterend in tal van anti-joodse uitingen tijdens marsen en politieke evenementen en het bekladden van joodse gebouwen, begraafplaatsen en synagogen. Ook werd naar extreemlinks gekeken, waar soms klassieke antisemitische beelden opgeroepen werden in de strijd tegen kapitalisme en liberalisme. Bij beide groepen kon ook sprake zijn van uitgesproken antisemitische beeldvorming rond de Staat Israël. Wat in de huidige situatie nieuw is, is dat een deel van het debat over antisemitisme niet meer over de flanken gaat, maar over het machtscentrum van de politiek. Het gaat niet langer louter om politieke splintergroepen, maar ook toonaangevende partijen. Daarbij valt te denken aan de campagne van de Hongaarse Fidesz-partij tegen de joodse filantroop George Soros, waarbij nauwelijks verhulde anti-joodse beelden gebruikt worden om diens politieke opvattingen in een kwaad daglicht te plaatsen. De continuïteit tussen de negentiende-eeuwse beeldvorming rond de joodse bankiersfamilie Rothschild en de huidige strijdkreten tegen Soros is groot. Niet minder schokkend is dat het debat over antisemitisme zich in Groot-Brittannië toespitst op de tweede partij van het land: Labour. Deze partij heeft vanouds een solide joodse achterban, vooral in steden waar het joodse proletariaat sinds de negentiende eeuw groot was: Londen, Liverpool en Manchester. Het is zonder precedent dat in het afgelopen jaar een aantal joodse en niet-joodse parlementsleden uit Labour gestapt zijn vanwege het antisemitisme dat zich bínnen de eigen partij voordoet. De stroom van anti-joodse e-mails, tweets en dreigbrieven werd te groot voor deze parlementsleden, waarbij zij zich beklaagden over het gebrek aan steun vanuit het partijbestuur en de partijleider.
Amerikaans antisemitisme
De derde grote ontwikkeling is dat er lange tijd gesproken werd over ‘American exceptionalism’: antisemitisme zou vooral een verschijnsel zijn dat typerend was voor Europa, maar dat in de Verenigde Staten nauwelijks voet aan de grond had gekregen. In de beeldvorming van veel Amerikaanse joden was Europa ook na de Tweede Wereldoorlog niet alleen een schuldig, maar ook een gevaarlijk continent. Europese joden die familie en vrienden in Amerika aandeden, werd vaak al gauw gevraagd: hoe staat het met het antisemitisme in je land? Kan je er nog wel blijven leven? Zou je niet naar Amerika of Israël gaan? Nu wist ieder die zich enigszins in de Amerikaans-joodse geschiedenis had verdiept, dat ook in de Verenigde Staten antisemitisme nooit had ontbroken, maar het beeld van het veilige Amerika had zich diep genesteld. In de afgelopen jaren is dat beeld snel gaan eroderen. Amerika is inmiddels het centrum geworden van een nieuwe uitingsvorm van antisemitisme dat zich onder de vlag van Alt-Right en ‘white suprematism’ verder verspreidt. Hier uit zich het racistische karakter van antisemitisme duidelijk, gedreven door het ideaal van een witte samenleving zonder joden, zwarten en moslims. De wake-up call was de infame mars in Charlotteville, South Carolina, waar openlijk anti-joodse leuzen werden geroepen. Dat werd inmiddels gevolgd door aanslagen op synagogen in Pittsburgh (2018) en San Diego (2019).
Terwijl het IS-gerelateerde antisemitisme joden ziet als hét symbool van het Westen, draait het Alt-Right-antisemitisme dat precies om: joden worden gezien als dé bedreiging voor het Westen. Joden zijn hier de oosterse parasieten in het lichaam van de Westerse beschaving. De verhouding van joden tot het Westen – en alles waar het Westen voor staat: democratie, vrijheid, normen en waarden – staat daarmee in het hart van meerdere, zeer uiteenlopende varianten van antisemitisme. De paradox van het Westen als enerzijds joods symbool en anderzijds witte, ‘joden-vrije’ beschaving zorgt ervoor dat joden van uiteenlopende hoek onder vuur komen te liggen.
Nieuw antisemitisme?
Deze drie grote ontwikkelingen, die zich sinds 2000 voordoen, hebben ook grote impact op de Nederlandse samenleving. Dat uit zich zowel in personen in de Nederlandse samenleving die zich identificeren met het gedachtengoed van IS of Alt-Right, maar ook in een groeiend bewustzijn onder Nederlandse joden dat dit type antisemitisme zich niets van grenzen aantrekt en dat ook joodse plekken en personen in Nederland getroffen kunnen worden.
Een belangrijk punt van discussie is of hierbij niet alleen sprake is van nieuwe ontwikkelingen, maar ook van een nieuw soort antisemitisme. In dit verband wordt wel gesproken van het ‘nieuwe antisemitisme’. Wat wordt hiermee bedoeld? Is hier sprake van een coherent verschijnsel of is het vooral een label dat analisten gebruiken om greep te krijgen op de huidige ontwikkelingen? Is dit nieuw in de zin dat er ook behoefte is aan een andere vorm van bestrijding? Het zijn gewichtige vragen en daarom is het goed dat de nieuwe onafhankelijke Stichting Antisemitisme Preventie hierover een congres organiseert. Sprekers en publiek kunnen daarbij samen het hedendaagse antisemitisme doorlichten en op zoek gaan naar verklaringsmodellen die burgers én politici helpen in hun strijd tegen nieuwe vormen van Jodenhaat.
Dr. Bart Wallet is historicus en gespecialiseerd in joodse studies, verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam en de Universiteit van Amsterdam.
Dit artikel mag worden overgenomen voor publicatie met bronvermelding en verwijzing naar congres.